Inhoud artikel

  • Zelfs als Europa per direct miljarden in de eigen defensiesector pompt, duurt het minimaal nog 3 tot 5 jaar voordat de defensieproductiecapaciteit enigszins op peil komt.
  • Door vaker samen in te kopen en industriële samenwerking te bevorderen, kan Europa zijn eigen technologische en productiecapaciteiten versterken.
  • Privékapitaal, energie en zeldzame aardmetalen zijn cruciaal voor de opschaling van de Europese defensie-industrie.

Zelfs als Europa per direct miljarden in de eigen defensiesector pompt, duurt het minimaal nog 3 tot 5 jaar voordat de defensieproductiecapaciteit enigszins op peil komt. Veel EU-lidstaten kampen met minimale voorraden, productieprocessen zijn traag en sterk afhankelijk van toeleveranciers buiten Europa. Zo wordt 84% van de onderdelen van Europese defensiebedrijven buiten Europa ingekocht.

Volgens ons defensie-rapport heeft Europa de afgelopen dertig jaar 415 miljard dollar per jaar aan investeringen in defensie laten liggen. Door met de defensie-uitgaven jarenlang onder de NAVO-norm van 2% van het bbp te blijven, heeft de EU een structureel capaciteitsprobleem en is het verregaand afhankelijk van Amerikaanse wapenleveranties.

Johan Geeroms, onze Directeur Risk Underwriting Benelux: “Alleen fors meer investeren is niet voldoende. Het moet vooral ook slim gebeuren. Een Europees programma is nodig. Niet alleen moet zoveel mogelijk bij de eigen defensie-industrie worden ingekocht, ook moet er een eind komen aan de bestaande versnippering. Europese landen gebruiken momenteel 17 verschillende soorten tanks en meer dan 20 types gevechtsvliegtuigen. Gezamenlijke inkoop is essentieel. Bijna 50% van de Europese wapenimport komt momenteel uit de VS. Door vaker samen in te kopen en industriële samenwerking te bevorderen, kan Europa zijn eigen technologische en productiecapaciteiten versterken.”

Het voorgestelde ‘Buy European Defense Act’ en het recente akkoord met het Verenigd Koninkrijk -dat Britse bedrijven weer toegang geeft tot Europese defensieprogramma’s- zijn volgens Geeroms belangrijke stappen in de goede richting.

Slim investeren betekent ook dat Europa geen ‘spiegelstrategie’ moet volgen. Er moet asymmetrisch worden geïnvesteerd. Als de potentiële vijand meer tanks, vliegtuigen of artillerie paraat heeft, dan moet de EU niet automatisch zelf ook extra veel van deze conventionele middelen aanschaffen. Dat leidt alleen maar tot een dure wapenwedloop waarin Europa structureel een achterstand heeft. Vooral ook omdat de tegenstanders sneller, goedkoper, en minder gebonden aan regels kunnen opereren.

Het is slimmer om juist op andere middelen in te zetten. Denk aan drone- en anti-drone-systemen, cyberdefensie en cyberaanvallen, spionage-satellieten en anti-satellietstrategieën. Europa moet vooral niet 'meer' van hetzelfde kopen.

militairen-drone-woestijn
Bijkomend probleem is de militaire mobiliteit binnen de EU. Troepen en materieel kunnen niet snel genoeg verplaatst worden omdat veel wegen, bruggen en tunnels niet voldoen. Niet alleen is veel geld nodig voor de aanpassing van de infrastructuur, ook moeten wettelijke regels gelijk getrokken worden. In veel EU-landen stuit de aanpassing van de infrastructuur nu nog op milieubezwaren.
De herbewapening van Europa vraagt alles bij elkaar om een uitzonderlijke grote investering.  Publieke middelen schieten hiervoor tekort. Er zal ook hulp vanuit de private kant moeten komen. Wij denken dat het realistisch is om 800 miljard euro via pensioenfondsen en verzekeraars aan te trekken. Maar dan moeten er wel duidelijke richtlijnen worden opgesteld voor defensiebeleggingen. De fors hogere defensie-uitgaven vanuit de publieke sector heeft onherroepelijk gevolgen voor andere uitgaven. Dit kan tot maatschappelijke spanningen leiden.

Ons rapport noemt ook energiezekerheid als kritieke randvoorwaarde voor het opvoeren van de militaire productie. De defensie-industrie is energie-intensief vanwege de noodzaak aan constante paraatheid, grootschalige productie, wereldwijd transport, geavanceerde technologie en uitgebreide infrastructuur. De recente gascrisis maakt pijnlijk duidelijk hoe kwetsbaar landen als Duitsland en Italië zijn. Zonder grootschalige investeringen in eigen energievoorziening, zal Europa niet in staat zijn defensie-industrie betrouwbaar op te schalen.

Een zorgwekkend pijnpunt is dat Peking de export van zeldzame aardmetalen naar Europa heeft geblokkeerd als reactie op de exportbeperking van hightech naar China. Die aardmetalen zijn cruciale grondstoffen, onder meer voor defensiematerieel zoals de F35, onderzeeërs of geavanceerde raketsystemen. Overleg tussen Chinese en Amerikaanse handelsdelegaties in Londen moet de komende dagen meer duidelijkheid geven.